De omweg

The Beast heeft nogal afgezien van de ‘golfkarton’ wegen in Zuid-Amerika: iedere rubberen bevestiging in het onderstel was ofwel versleten of helemaal verdwenen. Door alle speling waren de wielen niet meer uit te lijnen. Adriaan moest naar links tegensturen bij afremmen en naar rechts bij optrekken. Maar gelukkig rijden er in Guatemala meer Land Cruisers en dus waren voorwiellagers, een stuuras, fuseekoppelingen, draagarm- en stabilisatie koppelingen, schokbrekers en remblokken makkelijk te vinden. In twee en een halve dag heeft een garage in Guatemala-Stad alles ingebouwd onder Adriaan’s toeziend oog.

undefined

Na de reparatie van the Beast gaan we naar het meer Amatitlan ten zuiden van de stad en op zondag naar Antigua. Antigua, de vroegere hoofdstad van Guatemala, is door de verschillende aardbevingen gedeeltelijk verwoest. Het is een stad met een Spaanse koloniale uitstraling én een toeristische trekpleister. Het lijkt wel Spanje. Zelfs het aantal Europeanen ‘klopt’.

undefined

The Beast beklimt zonder rare geluidjes en met nieuw zelfvertrouwen de vulkaan Pacaya. Het laatste stuk richting de top (op 2550 meter) over stollingsgesteente leggen we te voet af. Uit verschillende kraters komt een zwavelgeurige damp. Gidsen roosteren marshmallows op stokjes boven de kraters terwijl we genieten van de (zoveelste) unieke zonsondergang. We vouwen wat later onze tent uit bij de bewaker van radio antennes op 2100 meter hoogte.

undefined

undefined

Een aantal Guatemalteken spreken ons aan over berovingsgevaar op eenzame plaatsen. We voelen ons hierdoor minder behaaglijk. Wanneer we met ons tweetjes de vulkaan Agua beklimmen, zien we op verschillende plaatsen zwaar bewapende politie staan. Enkelen lopen een eindje met ons mee: er zijn hier (Guatemalteekse) toeristen overvallen. Wanneer de top in de mist komt te liggen en we merken dat we niet meer voor zonsondergang bij de auto geraken, keren we om. De helling van de vulkaan is erg vruchtbare grond; talloze boeren bewerken er het land.

undefined

Gelukkig zijn er in kleine, hooggelegen dorpjes geen takeldiensten. Wanneer we terug bij de auto zijn zien we dat er vandaag op onze aarden parkeerplaats wegenwerken geweest zijn. Alle grond rond de auto is afgegraven – de graafmachine had vanmiddag vroeger vrijaf want The Beast stond in de weg… We logeren op het hoger gelegen terrein van de dorps electricien en hebben alweer een super uitzicht.

undefined

Ik loods ons naar het meer Atitlan. Het is een kratermeer, op 1500 meter hoogte, omringd door drie vulkanen en twaalf dorpen vernoemd naar de twaalf apostelen. We komen aan in San Pedro La Laguna. Achteraf lezen we dat onze route door verschillende reizigers alleen onder politiebegeleiding wordt afgelegd vanwege de gewapende overvallen in het moeilijke, onverharde terrein. Wij merken er niets van…

undefined

In San Pedro zijn sommige straten zó smal dat The Beast er niet in past. Adriaan wordt meester in het achteruit rijden. Verkeersborden (verbods-, gebods- of aanwijzingsborden) zijn zeldzaam zodat Adriaan soms tegen het verkeer in rijdt.

Er zijn hier zoveel – al dan niet semi-permanente - toeristen dat de plek ‘gringlandia’ als bijnaam heeft gekregen. We maken een boottrip naar Panajachel aan de andere kant van het meer. Een kleine stad met een lange straat vol stalletjes met textiel, souvenirs en restaurants. We belanden in een winkel waar jonge kinderen achter een naaimachine zitten en strohoeden maken. Ik koop eindelijk een zonnehoed, die hier sombrero heet.

undefined

De nauwe straatjes en afwezigheid van accommodatie maken we ook mee in de stad Quetaltenango waar we het na drie uren rondrijden en het zoeken naar een hotel opgeven en nog juist voor zonsondergang de thermale baden Fuentes Georginas (ruim buiten de stad) bereiken.

‘s Ochtends staan er voor de ingang enkele vogelaars maar verder zijn we de eersten in bad. Een tiental baden met verschillende temperatuur waarvan er vijf verscholen zijn in de weelderige vegetatie van de jungle. Het is genieten van de stilte en de natuur.

undefined

Adriaan wil zijn tenen nog de oceaan steken voor we terug naar Mexico gaan. De kust is ‘maar’ een uur rijden van de bewoonde wereld. We vinden een adres op iOverlander, het blijkt uiteindelijk een plaats te zijn bij een strand-restaurant aan een laguna. Het restaurant heeft de luidste jukebox van het ganse dorp. Ondanks het lawaai besluiten we te blijven. Kippen, kuikens en varkens lopen hier vrij rond en voeden zich met etensresten.

undefined

undefined

We rijden op zondag naar de volgende badplaats, die we uitkozen op een satellietfoto, waarvoor omwille van de verschillende rivieren en lagunes een omweg van 120 kilometer maken. Uiteindelijk komen we op iemands privé terrein (zonder jukebox!) te staan. De ruimte rond de auto wordt door verschillende dorpelingen proper geharkt. De drie dochters van onze gast-familie en een aantal van hun buurmeisjes volgen ons op de voet.

undefined

undefined

We mogen niet in de oceaan omdat het (voor hen?) te gevaarlijk is. Ze tronen ons mee naar een dichtbij gelegen lagune waar we pootjebaden en bootje varen. Ongelooflijk dat hun ouders zomaar vijf kinderen met vreemden meegeven en toestaan dat wij ons eten met hen delen. Namens verschillende ouders worden ons daarna ceviche en garnalen met look aangereikt. Uiteindelijk brengt zoon Joshua twee levende krabben die dadelijk gekookt worden en heerlijk smaken. Het wordt een ontspannende, aangename zondagmiddag. Maar wanneer de meisjes maandagmorgen om 6h30 terug op post zijn en ons geen minuut privacy gunnen, besluiten we te vertrekken.

undefined

Na verschillende pogingen komen we een bungalowpark terecht waar Adriaan de verzakte bodem van de tent repareert en ik alle RAKO bakken poets. Een korte rustpauze na enkele intense weken.

undefined

We zijn blij dat we in Centraal-Amerika terecht gekomen zijn dankzij de noodzakelijke reparaties aan The Beast. Het ligt niet op onze reisroute (Mexico - Alaska) maar deze toevallige omweg is een verrijkende ervaring.

Bekijk meer foto's en de afgelegde route.

Vorige Bericht Volgende Bericht