Oase

Tot Puerto Deseado (23 januari) hadden we 17.000 kilometer afgelegd.

We reden noordwaarts langs de Atlantische Kust en kregen een ingeving: we steken dwars (van oost naar west) over Argentinië en we kwamen in een desolaat, weids landschap. Na 600 kilometer kwamen we terug in de bewoonde wereld en vonden we een slaapplaats. Niet echt een comfortabel motel, maar tenminste proper… Het was onze enige optie omdat slapen in onze daktent in sommige Patagonische winden onmogelijk is.

undefined

We kwamen in ons volgend nationaal park (Alerces) terecht waar we genoten van enige uitzichten, eenzame plekjes en mooie wandelingen. (En de gebruikelijke afval werpende en muziek makende Argentijnen :-)

undefined

undefined

Via het park bereikten we voor de tweede maal deze reis de hippieplek El Bolson. Claudia had ons gemaild dat er een lam geslacht zou worden en dat er nóg verschillende reizigers zouden zijn. Het werd een leuke avond met verschillende nationaliteiten rond het vuur, genietend van een heerlijk stukje vlees.

undefined

De volgende dagen hebben we de auto grondig gepoetst en zijn we verschillende keren heen en weer naar El Bolson gereden voor (onder andere) auto onderdelen. Adriaan heeft heerlijk geknutseld en alles wat stuk was gegaan, gerepareerd.

undefined

We maakten enkele erg warme dagen door die ik gemakkelijk verdroeg omdat ik kon genieten van de koelte van het riviertje dat door Klaus’ domein kronkelt. Ik had het naar mijn zin in mijn hangmat met mijn boek. (“De Winter Voorbij” van Isabel Allende is een aanrader.) We borgen enthousiast onze winterkleren, mutsen en thermisch ondergoed diep weg. Vier dagen later moesten we ze terug opduiken daar de nacht temperatuur niet boven 4 graden kwam en er een forse zuidelijke wind opstak. (Zuidelijke winden zijn koud, noordelijke warm – alles is omgekeerd.) We logeerden 10 dagen bij Klaus en Claudia.

undefined

undefined

Op het domein van Klaus en Claudia is er noch internet, noch een GSM signaal en dat geeft een zen gevoel. Terug in de bewoonde wereld ga ik meestal dadelijk op zoek naar een vorm van communicatie, ik ben er nillens willens aan verhangen. Soms lijkt het er op, dat de smartphone hier nog maar juist is geïntroduceerd: families op restaurant praten niet met elkaar, maar kijken alleen maar op hun schermpjes.

Van El Bolson zouden we ongeveer 1500 kilometer pal noord rijden, tot Mendoza. Het verliep anders. Gewoonlijk zijn de grindwegen redelijk goed: soms goed voor 80 kilometer per uur (of nog iets meer, maar Adriaan rijdt niet graag harder). In de vallei van ‘Aguas Calientes’ (waar water, warm genoeg om mijn voeten eraan te verbranden, in een beekje over de weg loopt) vond ik een spectaculaire route die door niemand bereden wordt. Die voerde ons via wegen, zo breed als onze auto, naar 2000 meter hoogte. Daar veranderde dit karrenspoor in een pad bedekt met vuistgrote en véél grotere stenen. We gingen door tot meer dan 2600 meter, waar we hebben overnacht. We zijn op sommige plekken helemaal alleen in het grote Argentinië. De volgende dag genoot Adriaan van het 30 kilometer lange, uitdagende 4x4 track in het hooggebergte en ik van het ongelooflijk uitzicht. De 100 kilometer moeilijke grindweg daarna werd een slijtageslag. We kwamen we maar één auto en enkele gaucho’s te paard tegen.

undefined

undefined

De afstanden zijn enorm en aan brandstof geraken is niet altijd evident. De afgelegen naft stations (benzine heet hier werkelijk ‘nafta’) rekenen zonder blikken of blozen 15% extra én ze moeten contant betaald worden, want er is geen GSM/telefoon/internet voor de creditkaart machientjes. Wat ons bij het volgend probleem brengt: contant geld. De inflatie is ongeveer 60% per jaar; de banken hebben niet graag grote hoeveelheden geld in voorraad want het wordt minder waard terwijl het in de automaat zit. Veel automaten zijn leeg; sommige hebben strikte limieten van 1000 Pesos (vandaag is dat € 22,00) per opname. Voor buitenlanders is er dan de gebruiksvergoeding te betalen (van 237 Pesos). Kortom: 90 liter diesel die overal ongeveer één euro per liter kost, kan ‘in the middle of nowhere’ duur worden...

In de bewoonde wereld genieten we van lekkere maaltijden in restaurants, zoals een héél mooie steak, precies gebakken zoals ik wilde, in Bariloche. Of de ‘Asado de Tira’ die Adriaan altijd wil eten: overdwars gezaagde runderribben, met lange (ademhalings) spiervezels en een vetrand. Vegetariër worden is hier (voor ons) onmogelijk. Het vlees is zó lekker.

undefined

Eindelijk kwamen we in Mendoza aan. Als eerste stond de Toyota garage op het programma: ‘The beast’ moet zijn grote beurt krijgen en nu het meer naar het noorden weer warm is, ondervonden we terug koeling problemen waarover ook deze garagehouder zich mag buigen. Tijdens de laatste week koppelde Adriaan het diagnose apparaat aan de motor van de auto zodat ik de koelwater temperatuur kon aflezen en hem kon verwittigen als deze meer dan 110 graden werd. In Mendoza betrokken we een appartement met airco want de temperatuur is ondertussen opgelopen tot ver boven de 30 graden.

Nu we ons gespecialiseerd hebben in het wildkamperen en we meer en meer idyllische, muisstille (slaap) plekken vinden, is de overgang naar deze stad een kleine schok.

Terwijl Adriaan de dag doorbrengt met zijn nieuwste ‘Toyota-vrienden’, maak ik een wandeling in de stad. Mendoza ligt in de woestijn maar is niet droog of stoffig. Na de aardbeving in 1861 (waarbij 5.000 mensen omkwamen) is deze stad opnieuw getekend door een Franse architect. De stad oogt erg mooi omdat ze uit verschillende brede lanen met loofbomen aan weerszijden bestaat. Deze bomen groeien omdat er langs de lanen smeltwater van het Andesgebergte door diepe geulen vloeit. De lokale bevolking noemt deze geulen ook wel 'yankee traps' omdat een onachtzame toerist (zoals ik) er gemakkelijk in tuimelt :-) Op de verschillende pleinen wemelt het van het volk. Mensen zoeken er verkoeling, maken een praatje, lezen een boek of zitten er om hun geoogste groenten en fruit te verkopen.

undefined

's Avonds gingen we (op aanraden van mijn oudste zoon Laurens) eten in het restaurant "1884" van Francis Mallman. Aan deze kok heeft Netflix in de serie "Chef's Table" een aflevering gewijd. (Die video geeft een (erg) mooi beeld van Patagonië.) Het eten was overheerlijk, de sfeer rond de buitenvuren gemoedelijk.

undefined

undefined

In de omgeving van Mendoza zijn erg veel wijngaarden. We gaan nog enkele dagen in de omgeving van Mendoza blijven (niet alleen voor de wijnen - Adriaan gaat met een lokale monteur pogen het temperatuur probleem van de Toyota op te lossen). De stad bevalt ons beiden. Zondag zijn we uitgenodigd op 'Estancia Atamisque' voor een vijf gangen diner (met wijnen, dat wel). Op dit moment worden de druiven geoogst, het is de beste tijd van het jaar voor een bezoek.

We hebben ondertussen 20.000 kilometer afgelegd, ook al heeft "The Beast" het af en toe warm.

Bekijk meer foto's en de afgelegde route.

Vorige Bericht Volgende Bericht